Jos en Caroline Nieuwenhuijse
De voorbereidingen - Column
Het begon allemaal een kleine drie jaar geleden. We kwamen in contact met een organisatie die mensen zocht voor diaconaal werk in Malawi. We raakten in gesprek en het liet ons niet meer los. Toch zeiden we nog niet meteen toe. We beseften dat als we hiervoor zouden kiezen, het niet zomaar voor enkele maanden zou zijn. We zouden veel op moeten geven: ons werk, ons huis, contact met familie en vrienden. Gelukkig kregen we alle tijd om een beslissing te nemen, we zijn er zelfs ook heen gevlogen om het werk met eigen ogen te bezien.
Uiteindelijk werden we, bijna een jaar na de eerste kennismaking, aangenomen voor het werk in Malawi. Direct begonnen de voorbereidingen. Twee keer per week reden we op en neer naar Leiden voor taalstudie. Een cultuurstudie werd gepland. Er moest een thuisfront commissie opgericht worden om ons te helpen met allerlei praktische zaken. Een website ging live, sponsoracties werden opgezet, flyers gedrukt. We zouden in eerste instantie in maart 2020 kunnen vertrekken, maar in mei verwachtten we ons eerste kindje. Dus besloten we alles uit te stellen tot juli. Ondertussen gingen we volop door met de voorbereiding, zodat we zoveel mogelijk geleerd en geregeld hadden voordat de kleine zich aandiende.
Tot twee keer toe konden we wat spullen meegeven met een container met hulpgoederen bestemd voor Malawi. Zodoende zaten we opeens op tuinstoelen in ons huis, omdat we in ons enthousiasme ons bankstel al verscheept hadden. Toen bleek dat het toch nog wel weer wat langer zou duren voordat we zelf er achter aan konden vonden we voor een paar tientjes een bank op marktplaats. Die paste precies bij ons marktplaats interieur, nieuwe meubels kopen had voor ons toch weinig zin.
Precies toen Caroline met zwangerschapsverlof ging, ging Nederland in de eerste lockdown. Reizen werd steeds lastiger: vluchten werden geannuleerd en landen gingen op slot. Zo ook Malawi. Al snel werd duidelijk dat september niet haalbaar zou zijn. Het werd oktober. Of anders uiterlijk november. Toen werd het ‘voor de kerst’. Vervolgens werd het ‘begin 2021’. En zo bleef het schuiven. Totdat we begin april, toch nog onverwacht, eindelijk groen licht kregen.
Het was allemaal heel anders gelopen dan we gepland hadden. We hebben gehoopt en gehuild, gelachen en geloofd. Verschillende keren wilden we de moed opgeven. Als het weer eens tegen zat, of als we moe waren van het vele studeren. Steeds opnieuw kregen we echter weer kracht en moed om door te gaan. We leerden met de dag te leven, steeds weer en steeds meer. Allebei moesten we een nieuwe baan zoeken omdat we ons werk al hadden opgezegd. We leerden onszelf en elkaar steeds beter kennen. We leerden ook heel veel nieuwe mensen kennen, of oude contacten leerden we opnieuw kennen. Regelmatig werden we overweldigd door alle hulp en steun die we kregen.
Ook het coronavirus bracht ons veel. We leerden dat we heel veel plannen kunnen maken, maar dat uiteindelijk God Zelf de wereld regeert. We hebben goed kunnen oefenen met videobellen en kunnen wennen aan het idee dat we niet zomaar naar iedereen toe kunnen. Door alle vertraging hebben we nog meer kunnen leren over de taal en cultuur. We merkten dat we steeds makkelijker omgingen met tegenslagen en veranderende omstandigheden. We groeiden steeds verder toe naar het moment van vertrek.
Als we vooraf hadden geweten dat het zo lang zou gaan duren waren we er misschien niet aan begonnen. Toch zijn we blij dat het zo gelopen is; we zien daarin ook Gods wijze leiding. Hij is onze Herder, ons ontbreekt niets!