Jos en Caroline Nieuwenhuijse
Inpakstress - Column
Bij verhuizen hoort ook inpakken. Inpakken is in mijn ogen gewoon alles wat voor je staat oppakken en in dozen frommelen. Dat hoeft wat mij betreft ook niet zo lang te duren. Eén dag stevig doorpakken en dan ben je er wel. Dacht ik. Maar zo eenvoudig was het niet in ons geval. Er bleken namelijk vier categorieën van spullen te zijn: weggooien, ‘tweede leven’, opslag en meenemen.
Categorie ‘weggooien’: dat waren de spullen die we niet meer nodig hadden en we ook niemand blij mee konden maken. Die lagen vooral in de keuken: aangebroken pakken lasagnebladen bijvoorbeeld. Eten weggooien gaat tegen al mijn principes in, maar soms ontkom je er niet aan. Ik was blij dat onze familie kwam helpen om de keukenkastjes op te ruimen.
Categorie twee was: ‘tweede leven’. Spullen die nog te goed zijn om weg te gooien, waar je dus nog best iemand blij mee kan maken. Er waren dingen waar we nog best wat geld voor wilden vragen, zoals een goede boekenkast, maar die we niet verkocht kregen. Andere dingen waar we zelf helemaal niets meer voor gaven werden tegen opbod verkocht. De waarde van spullen bleek weer relatief te zijn!
Dan was er de categorie ‘opslag’. Dat zijn persoonlijke spullen waar we wel aan gehecht zijn, maar die we niet mee kunnen nemen. Denk aan boeken, keukengerei, fotolijstjes en souvenirs, winterkleren, noem maar op! Maar bij die spullen om op te slaan zitten ook weer spullen die we eigenlijk wel heel graag mee willen nemen. Dus die komen op de ‘reservelijst’. Voor als iemand nog eens naar Malawi komt en wat ruimte heeft in de koffer. Al de spullen die naar de opslag moesten zijn netjes genummerd en alle inhoud is zorgvuldig geregistreerd. We weten precies wat er in welke doos zit. Zodat, als we opeens iets dringend nodig hebben we iemand kunnen vragen om de melk-opschuimer uit doos 34 mee te nemen. Of mijn favoriete fleece-vest uit zak 41. Of misschien de kaasschaaf uit doos 26. Makkelijk toch?
Ten slotte was er de categorie ‘meenemen’. Dat moet allemaal in de koffers. Maar die categorie spullen groeide erg snel en overschreed al snel alle bagage-richtlijnen van de internationale luchtvaart. Alles wat in de koffers ging werd ook weer zorgvuldig geregistreerd, zodat we precies wisten wat in welke koffer zat. Ook de koffers werden weer genummerd. Stel je voor dat er een koffer niet aankomt. Dan wordt de paklijst meteen een boodschappenlijst. Handig toch? Of als ze toch ontdekken op de luchthaven dat elke koffer 1,5kg te zwaar is, dan pak ik met opgeheven hoofd mijn paklijst met mijn rode potlood…
Het hele proces van inpakken nam meer dan een week in beslag in plaats van één dag. Het ging door tot op de dag dat we echt naar het vliegveld vertrokken. Maar toen waren al onze koffers al wel vier keer gesloten, opnieuw geopend en opnieuw ingepakt. Totdat alles ingeladen werd en alles wat toen in de koffers zat er echt in moest blijven. Met een aanhanger achter de auto om alle koffers mee te nemen werden we naar het vliegveld gebracht. Met gemengde gevoelens namen we afscheid. Enerzijds verdrietig om alle mensen en dingen die we achter lieten en gespannen voor wat er komen zou. Anderzijds ook vol hoop en verwachting naar een nieuwe plek in een nieuw land, een andere cultuur maar ook… eindelijk alles weer uitpakken!